Slakken

Een gewone wegslak (Arion Ater) kruipt over stenen en gras

Natuurlijke vijanden

Vogels, egels, kikkers en padden happen graag toe als ze een slak tegenkomen. Lees hoe jij je tuin aantrekkelijk maakt voor deze natuurlijke slakkkenbestrijders! Lees meer!
Slakken worden vaak gezien als plaag, maar de meeste slakkensoorten in Nederland vinden jouw planten niet interessant. Zij houden je tuin juist schoon door verrotte plantenresten op te eten. Milieu Centraal geeft tips tegen slakken die wél overlast veroorzaken.

Huisjesslakken eten alleen dode bladeren en doen geen kwaad in je tuin, behalve de segrijnslak (je herkent hem aan het slangachtige motief op zijn huisje, zie de foto hieronder). Verder zijn het vooral naaktslakken (bijvoorbeeld de wegslak en de gevlekte akkerslak) die wél graag van levende plantenbladeren eten. Sommige grote naaktslakken eten dagelijks wel de helft van hun lichaamsgewicht.

Voor deze slakkensoorten moet je oppassen:

Tips tegen slakken

  1. 01

    Kies voor inheemse planten die slakken niet aanvreten. Bijvoorbeeld wilde akelei, steenanjer, ooievaarsbek en kruiden als tijm en bieslook.

  2. 02

    Leg barrières van koffiedik, cacaodoppen of eierschalen om kwetsbare planten. Let op: cacaodoppen zijn giftig voor honden.

  3. 03

    Sproei 's ochtends in plaats van 's avonds en zet kwetsbare planten niet in de buurt van vochtige plekken zoals de composthoop.

  4. 04

    Lok natuurlijke vijanden zoals egels, padden en vogels naar je tuin: zij eten graag slakken.

  5. 05

    Maak een val of creëer een slakkenverzamelplek, zodat je ze elders kunt uitzetten.

  6. 06

    Door grondbewerking in het voorjaar breng je slakkeneitjes naar boven waardoor ze uitdrogen. Hetzelfde geldt voor zelfgemaakte compost: laat die drogen in de zon voor je het aanbrengt.

Houd slakken op afstand

Je voorkomt dat de slijmerige diertjes jouw tuin opzoeken als je planten kiest die goed bestand zijn tegen slakkenvraat. Voorbeelden van inheemse planten die slakken uit de weg gaan zijn: bosanemoon, wilde akelei, zulte, vingerhoedskruid, klimop, inheemse viooltjes, inheemse varens, ooievaarsbek en kruiden als tijm, bieslook en daslook.

Niet bij de composthoop

Slakken houden van vochtige plekken, zoals hoopjes tuinafval, stapels tegels of jouw composthoop. Zet kwetsbare planten daar liever niet in de buurt en ruim tuinafval snel op. Ook 's avonds sproeien is geen goed idee; dan blijft je tuin de hele nacht vochtig. 

Natuurlijke vijanden

Egels, vogels en spitsmuizen eten graag slakken. Je maakt je tuin gastvrij voor deze natuurlijke vijanden van slakken door ze een schuilplaats te bieden onder struiken of stapels takken. Een groene tuin is uitnodigend voor allerlei insecten en dieren. Ook padden en kikkers vinden een slak een lekker maaltje. Een (kleine) natuurlijke tuinvijver is voor hen een prettig plekje.

Je kunt ook aaltjes kopen bij een tuincentrum of op internet. Dit zijn ultrakleine wormpjes, die slakken infecteren met een (alleen voor hen) dodelijke bacterie. Je giet de wormpjes uit op plekken met veel slakken. De aaltjes gaan daarna zelf zoeken naar naaktslakken in de bodem. De bodem moet wel langere tijd goed vochtig blijven en niet te koud worden, willen de aaltjes overleven.

Alle slakken verzamelen

Slakken kun je het eenvoudigst bestrijden door bladeren regelmatig te controleren en de beestjes eraf te plukken. Je kunt ze ook naar één plek lokken. Maak daarvoor een slakkenschuilplaats van bleekselderij, koolbladeren, een halve sinaasappel of vochtige stukken karton. Slakken kruipen hier ’s morgens in – het zijn nachtdieren – waarna je ze er alleen maar uit hoeft te halen. Zet de verzamelde slakken op ruime afstand elders uit, in ieder geval een kilometer van je tuin vandaan.

Grote tuinschoonmaak

Elke lente de grond goed omwoelen helpt ook. Door de grond te bewerken maak je overwinterende slakken en hun eieren kapot. Zo kun je de slakkenpopulatie flink terugdringen.

Bouw barrières

Je kunt een hindernis maken tegen slakken rond planten die snel aangevreten worden. Bouw een barrière waar ze niet overheen willen kruipen om deze planten te beschermen. Probeer een rand van 5 cm met koffie (met cafeïne), cacaodoppen, fijngemaakte eierschalen, sparrennaalden of lavagruis. Let wel op met cacaodoppen. Chocolade is giftig voor honden, en cacaodoppen dus ook.

Zout: een afrader

Slakken kunnen absoluut niet tegen zout, maar het doden van slakken met zout is een bijzonder dieronvriendelijke oplossing omdat de slak langzaam wordt weggevreten. Uiteindelijk blijft er een hoop groen slijm over. Het is bovendien verboden, omdat het geen toelating heeft als middel om slakken te doden. Als zout in de bodem komt, is het ook schadelijk voor planten en zorgt het voor verzilting van het water.

Kippengaas of plastic flessen

Bij grotere planten kan kippengaas om de stam helpen. Neem kippengaas met een kleine maasbreedte en vouw het tot ongeveer 25 cm hoog zodat de slakken er niet langs of doorheen kunnen. Zijn de plantjes nog jong, bescherm ze dan tegen slakken met een huls die je maakt door de boven- en onderkant van een plastic drankfles af te snijden. Steek deze zo’n 5 centimeter in de grond. Je kunt de bovenste rand naar buiten vouwen of gekarteld maken, om het de slakken nog moeilijker te maken.

Zelf maken: slakkenval met bier

Een goede slakkenval maak je zelf door een (jam)potje of kommetje met bier te plaatsen: de slakken kruipen erin en verdrinken. Graaf de val niet helemaal in, anders dood je ook andere dieren; slakken klimmen wel tegen het potje op. 

Barrières tegen slakken

Chemische bestrijding

Infographic over gebruik bestrijdingsmiddelen (Klik om te zoomen)

Tegen slakken zijn chemische bestrijdingsmiddelen te koop. Koop alleen middelen met een toelating van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) en koop nooit iets waar de ingrediënten niet op staan. Een toegelaten middel herken je op de verpakking aan een nummer dat begint met 'NL', 'EU' of eindigt op een 'N'. Lees meer over toegelaten middelen. Welk middel je mag gebruiken tegen een plaag kun je ook vinden op de toelatingslijst van het Ctgb.

Bestrijdingsmiddelen zijn vaak toegelaten voor specifieke (plaag)dieren. Twijfel je over met welke plaagdier jij te maken hebt? Dan kun je het Kennis- en adviescentrumdeterminatie (KAD) inschakelen om erachter te komen. Hier zijn wel kosten aan verbonden.

Volg altijd de gebruiksaanwijzing

Dat een middel is toegelaten betekent nog niet dat het milieuvriendelijk is. Sommige stoffen zijn bij verkeerd gebruik schadelijk voor het grondwater, de bodem of voor andere dieren dan het plaagdier. Volg daarom altijd nauwkeurig de gebruiksaanwijzing van een bestrijdingsmiddel. Zo houd je de risico's voor je gezondheid en het milieu zo laag mogelijk.

Negeer vage claims

Soms zie je termen als 'plantaardig', ‘natuurlijk’ of ‘milieuvriendelijk’ op het etiket staan. Dit soort vage kreten zeggen weinig bij een bestrijdingsmiddel: gif is gif. Dat geldt ook voor 100% natuurlijke middelen. Laat je dus niet misleiden door dit soort claims, maar check altijd de kleine lettertjes op het etiket.

Klein chemisch afval

Laat na gebruik de spuitbus of andere verpakking heel en lever restanten in als klein chemisch afval.

Professionele bestrijding

Heb je alles geprobeerd en heb je nog steeds last van de plaag? Schakel dan professionele bestrijders in. Erkende bestrijders kijken eerst samen met jou wat je aan preventie kunt doen. Pas als laatste redmiddel gebruiken ze gif. Erkende professionele plaagdierbestrijders kun je vinden via het KAD, of via brancheverenigingen NVPB of PLAN.