Bestrijdingsmiddelen en het milieu

Een bestrijdingsmiddel bevat werkende (chemische) stoffen die giftig zijn voor het ongedierte, schimmel of onkruid. Vaak is het middel ook gevaarlijk voor andere (huis)dieren, planten en mensen. Toegestane bestrijdingsmiddelen zijn getest op veiligheid, effectiviteit en milieubelasting. Maar toegestaan betekent nog niet: milieuvriendelijk. Sommige stoffen zijn bij verkeerd gebruik schadelijk voor het grondwater, de bodem of (nuttige) insecten. Goed de gebruiksaanwijzing volgen is dan ook belangrijk. Welk middel je mag gebruiken tegen een plaag kun je vinden op de toelatingslijst van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) en herken je op het etiket aan een nummer dat begint met 'NL', 'EU' of eindigt op een 'N'.
Tips veilig bestrijdingsmiddelen gebruiken
-
01
Probeer plagen niet volledig uit te roeien, dat lukt je toch niet.
-
02
Let buitenshuis extra goed op met bestrijdingsmiddelen. De natuur (ook je tuin!) is kwetsbaar en je wilt geen (huis)dieren of nuttige insecten vergiftigen. Voorkom dat stoffen in het oppervlaktewater of de bodem terechtkomen.
-
03
Koop alleen producten met een toelatingsnummer op de verpakking dat begint met NL, EU of eindigt op een N. Vermijd niet-toegelaten middelen, of middelen voor professionele plaagbestrijders.
-
04
Volg de gebruiksaanwijzing, omdat het middel anders milieuschade kan toebrengen. Houd het buiten bereik van kinderen en huisdieren, en dank restanten af via het Klein Chemisch Afval. Lege plastic verpakkingen moeten bij het restafval.
-
05
Gebruik geen (huis)middeltjes zoals chloor, schoonmaakazijn of zout om een plaag te bestrijden. Hoewel ze vaak getipt worden, zijn de middelen niet getest als bestrijdingsmiddel. Bij verkeerd gebruik kunnen ze de natuur beschadigen en gevaarlijk zijn voor de gezondheid.
- 06
Soms zie je termen als 'plantaardig', ‘natuurlijk’ of ‘milieuvriendelijk’ op het etiket staan. Dit soort vage kreten zeggen weinig bij een bestrijdingsmiddel: gif is gif. Dat geldt ook voor 100% natuurlijke middelen. Laat je dus niet misleiden door dit soort claims, maar check altijd de kleine lettertjes op het etiket.
Middelen met een laag risico
Het beste kies je voor een middel met een laag risico. Die herken je soms aan het nummer op de verpakking omdat ze officieel zijn toegelaten door het Ctgb. Het kan ook zijn dat je een middel zonder een nummer mag gebruiken tegen een bepaalde plaag. Dan moet je wel weten wat je doet. Het ctgb legt meer over een aantal van deze stoffen uit op deze pagina.
Huismiddeltjes
Naast middelen die je kunt kopen in winkels, staat het internet vol tips over huismiddeltjes. In een aantal gevallen zijn deze middelen toegestaan en aan te bevelen, zoals bier als slakkenval, maar meestal is zelf een middel in elkaar knutselen en mengen onverstandig. Je weet dan bijvoorbeeld niet zeker of je de juiste concentratie gebruikt en hoe vaak je het moet toepassen. Het kan dan schadelijk zijn voor het leven in je tuin, waternatuur of zelfs je eigen gezondheid. Koop liever een toegelaten middel, in de winkel of online. Dan staat er namelijk in de gebruiksaanwijzing waar je op moet letten zodat er geen milieugevaar ontstaat, en is de werkzame stof in de juiste concentratie aanwezig.
Chemische bestrijding
In Nederland beoordeelt het Ctgb of bestrijdingsmiddelen veilig zijn voor mens, dier en milieu. Er is een enorme lijst met toegestane middelen. In de winkel is het belangrijk om goed op het etiket te kijken of het middel is toegelaten, en thuis is het belangrijk de producten alleen te gebruiken waar ze voor bedoeld zijn. Bij verkeerd gebruik kunnen ook toegestane middelen gevaarlijk zijn.
Niet in het water
Als je chemische middelen inzet tegen bijvoorbeeld groene aanslag, mos en onkruid op verhardingen is de kans groot dat de stoffen in het oppervlaktewater eindigen. Dit maakt waterzuivering moeilijk en het is vaak slecht voor het waterleven. Chemische middelen inzetten op verharding kun je beter vermijden om te voorkomen dat het gif in sloten, vijvers en rioolputten komt. Ook zout en schoonmaakazijn kunnen schadelijke effecten op het milieu en bodemleven hebben, en zijn om die reden niet toegelaten als bestrijdingsmiddel. Het gebruik van tafelazijn (natuurazijn) op het tuinterras is alleen onder strikte toegestaan.
Kandidatenlijst: Candidates for Substitution
Sommige toegelaten middelen staan op de lijst van schadelijke stoffen die de Europese Unie wil verbieden. Deze middelen zijn niet meer toegelaten zodra er een minder schadelijk alternatief beschikbaar is. De alternatieven kunnen zowel bestaan uit andere middelen, als uit een andere, niet-chemische, landbouwpraktijk. Deze zogenoemde Candidates for Substitution hebben een hoger risico voor milieu en gezondheid dan andere stoffen.
Middelen met azijnzuur kunnen gevaarlijk zijn voor mens, dier en milieu. Ga je zelf tafelazijn buiten gebruiken, dan moet je het verdunnen met water en gelden de volgende regels.
- Je mag het alleen inzetten tegen onkruid op paden, borders, trottoirs en terrassen.
- Je mag het niet inzetten tegen groene aanslag.
- Alleen tafelazijn (oftewel natuurazijn), van voedingskwaliteit met een maximumgehalte van 10% azijnzuur, is toegelaten. Schoonmaakazijn is dus niet toegelaten.
- Voor gebruik moet deze azijn worden verdund tot een concentratie van maximaal 6% azijnzuur. Denk bijvoorbeeld aan 60 ml azijn met 40 ml water verdunnen.
- Alleen toepassen bij temperaturen boven de 20 graden en niet als het regent.
- Zet het alleen in als het droog is: bij (verwachte) regen 24-48 uur uitstellen.
- Maximaal twee keer gebruiken per jaar met een pauze van minimaal 1 week.
- De verdunde azijn moet je precies (pleksgewijs) op het onkruid druppelen of gieten. Azijn spuiten met een plantenspuit is niet toegestaan.
- Op 1 m2 mag maximaal 10 ml verdund azijn gebruikt worden.
Meer informatie
- Wil je weten hoe je fruitvliegjes, zilvervisjes, mieren, muizen, ratten of wespen milieuvriendelijk bestrijdt? Bekijk het overzicht aan pagina's over specifieke plagen.
- Zoek je advies over ongediertebestrijding? Neem dan contact op met je gemeente; die heeft dit vaak uitbesteed aan gespecialiseerde instanties als de GGD en het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD).
- Als je niet weet om welk beestje het gaat, kun je dit laten onderzoeken. Soms kan dat bij de lokale GGD, maar ook het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD) kan jou meer vertellen over de plaagdiersoort. De kosten hiervoor zijn rond de 80 euro. Woon je in een gemeente met een uitgebreide serviceovereenkomst met KAD, dan is determinatie in sommige gevallen zelfs gratis. Check hier of jouw gemeente zo’n overeenkomst heeft.
- Erkende bestrijders kijken eerst samen met jou wat je aan preventie kunt doen. Als dat niet voldoende is, zetten ze vallen en klemmen. Pas als laatste redmiddel gebruiken ze gif. Erkende professionele plaagdierbestrijders kun je vinden via het KAD, of via brancheverenigingen NVPB of PLAN.
- Heb je klachten of vragen over chemische bestrijdingsmiddelen? Dan kun je terecht bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.
Anderen keken ook naar
Tips tegen plagen en ongedierte in huis
Een beestje tegenkomen in je huis betekent nog niet meteen een plaag. Je voorkomt dat het erger gaat worden door op tijd in actie te komen. Heb je al een...
Plagen in de tuin bestrijden
Bladluizen, slakken en andere beestjes horen bij de natuur en dus ook een beetje bij jouw tuin. Zolang je er geen last van hebt, hoef je ze dus niet te...
Groene aanslag en onkruid op tegels
Heb jij last van groene aanslag op je stoepje of terras? Of staat het onkruid hoog tussen je tegelvoegen? Onkruid kun je het beste voorkomen: lees op deze...