Vlees

Man en vrouw koken samen. Minder vlees eten is goed voor het klimaat.

Kies vaker vega

Klimaatklapper Kijk hoeveel verschil je kunt maken voor het klimaat met je voedselkeuzes. Klimaatklappers
Vlees is verantwoordelijk voor 40 procent van broeikasgassen die vrijkomen bij productie van het voedsel van de gemiddelde Nederlander. Vlees heeft zo’n grote klimaatimpact omdat voor de productie van 1 kilo vlees gemiddeld 5 kilo plantaardig voer nodig is. Minder vlees eten is dus goed voor het klimaat.

In Nederland kopen we jaarlijks zo'n 40 kilo vlees per persoon (rund, varken en kip samen). Dat is ruim 2 keer zo veel als 50 jaar geleden. Daarnaast importeren en exporteren we ook veel vlees. De veehouderij die al dat vlees produceert, stoot broeikasgassen uit, verbruikt veel water, heeft wereldwijd veel ruimte nodig voor de verbouw van veevoer en kan een mestprobleem veroorzaken.

  1. 01

    Gezond eten kan prima met minder vlees. Kook vaker vegetarisch en gebruik kleinere porties vlees: kies voor meer groente op je bord. Lees meer over vlees, vis of vega.

  2. 02

    Als je vlees eet en op het klimaat wilt letten, kies dan voor kip in plaats van rund (rood vlees). Vergelijk de CO2-uitstoot van eiwitrijke producten.

  3. 03

    Vind je dierenwelzijn of milieu belangrijk, kies dan voor vlees met het Europese keurmerk voor biologisch (het groene blaadje), EKO, Demeter of het Beter Leven Keurmerk 2 of 3 sterren. Kijk voor meer informatie in de Keurmerkenwijzer.

Milieugevolgen vleesproductie

Hieronder lees je meer over de algemene milieugevolgen van veeteelt. Wil je meer weten over biologische veeteelt, kijk dan op biologisch.

Broeikasgassen

Bij het houden van vee komen gassen vrij die bijdragen aan het broeikaseffect en klimaatverandering. De belangrijkste zijn kooldioxide (CO2), methaan (CH4) en lachgas (N2O). Herkauwers (zoals koeien en schapen) produceren methaan als ze voedsel verteren. Uit opgeslagen mest komen methaan en lachgas (N2O) vrij. Het gebruik van mest en kunstmest op het land leidt ook tot de uitstoot van lachgas. Zowel lachgas als methaan zijn veel sterkere broeikasgassen dan CO2.

Het verbouwen en vervoeren van veevoer veroorzaakt veel uitstoot. In veevoer zit vaak soja uit Zuid-Amerika. Voor de sojateelt worden grote stukken natuurgebied omgezet in bouwland. Bij de omzetting van oerwoud of grasland in bouwland komen veel broeikasgassen vrij uit de bodem. Transport bepaalt ook een deel van de klimaatimpact, want bij het vervoer van vee en veevoer komen ook broeikasgassen vrij.

Problemen door mest

De veehouderij produceert meer mest dan nodig is voor bemesting van weilanden en akkers. Bepaalde stoffen uit mest, zoals fosfaat, nitraat en ammoniak, kunnen door regen of wind terechtkomen in het grond- en oppervlaktewater. Dat zorgt voor verzuring en vermesting van de natuur. Dit zorgt voor een afname van de biodiversiteit op land en in het water. Voor schoon drinkwater moet het vervuilde oppervlakte- en grondwater extra gezuiverd worden. Door strengere regels komt er minder fosfaat en ammoniak in de natuur terecht.

Fijnstof door veehouderij

De ammoniak die vrijkomt bij veeteelt kan in de lucht reageren tot fijnstof. De veehouderij produceert ook fijnstof uit mestdeeltjes, voerdeeltjes, huidschilfers, deeltjes van veren en haren die verwaaien vanuit stallen. Het inademen van fijnstof is ongezond voor mensen. Lees meer over luchtvervuiling en fijnstof. Veehouderijen kunnen voor flinke stankoverlast zorgen in de directe omgeving van het bedrijf.

Antibiotica

In de veehouderij worden antibiotica gebruikt om infecties te bestrijden. Het grootste nadeel is dat bacteriën ongevoelig (resistent) kunnen worden voor antibiotica, waardoor mensen moeilijker te genezen zijn als ze van die bacterie ziek worden. Het bekendste voorbeeld van een resistente bacterie is de MRSA-bacterie, ook wel ziekenhuisbacterie genoemd.

Antibiotica zijn lange tijd ingezet als groeibevorderaar. Dit werd toegepast in de dierhouderij omdat kippen sneller bleken te groeien als ze naast hun voer ook een lage dosering antibiotica kregen. Om toename van resistente bacteriën te stoppen is gebruik als groeibevorderaar sinds 2006 verboden in de EU. Antibiotica mogen alleen nog gebruikt worden om schadelijke bacteriën te doden. Door de maatregel is het gebruik van antibiotica in Nederland gedaald.

Keurmerken vlees

Keurmerkenwijzer Wat zegt het keurmerk over milieu- of diervriendelijker geproduceerd vlees? Check het plaatje

Kringlooplandbouw en vlees

Bij kringlooplandbouw worden voedingstoffen optimaal gebruikt. Het vee eet alleen restproducten uit de akkerbouw, tuinbouw en voedingsmiddelenindustrie of gras van niet voor akkerbouw geschikte graslanden. De mest dient als voedingsstof om weer producten mee te kunnen verbouwen. De kringloop kan alleen gesloten worden als we wereldwijd minder vlees eten. De vraag naar vlees is nu nog zo groot dat het vee niet genoeg voer heeft aan restproducten of grasland uit de omgeving. Voer komt van over de hele wereld en hierdoor ontstaat hier een mestoverschot, terwijl ergens anders een tekort aan grondstoffen ontstaat.

Biologisch vlees

Voor biologische veeteelt gelden strenge eisen. Biologisch vlees, te herkennen aan het Europese keurmerk voor biologische landbouw (groen blaadje), voldoet aan de eisen van de biologische landbouw, opgesteld door de Europese Unie en vastgelegd in Nederlandse wetgeving.

Biologisch gehouden dieren gaan bijvoorbeeld het hele jaar door naar buiten, en hebben ook binnen meer ruimte. Daarnaast zijn er eisen voor biologisch voer. Lees meer over biologisch vlees.

Te duur of gangbaar te goedkoop? 

Biologische producten zijn gemiddeld anderhalf keer zo duur als gangbare producten. Dat geldt ook voor biologisch vlees. De prijs ligt hoger omdat dieren meer ruimte krijgen, ze biologisch voer eten en sommige dieren langzamer groeien of minder vlees opleveren. Je kunt ook zeggen dat gangbaar vlees eigenlijk te goedkoop is. De maatschappelijke kosten van onder andere klimaatverandering, milieuschade en dierenleed worden vaak niet doorberekend aan consumenten. Lees meer over de prijs van biologische producten.

Dierenwelzijn

In de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren staat dat een dier zich zo moet voelen, dat het zich niet abnormaal gedraagt. Het mag geen honger en pijn lijden. De wet geldt voor landbouwdieren en hobbydieren. Door deze wet worden stallen steeds beter aangepast aan het welzijn van de dieren.

Juiste omstandigheden niet altijd duidelijk

De meningen zijn verdeeld over wat precies 'de juiste' omstandigheden zijn voor het houden van dieren. Over extreme situaties is vaak wel overeenstemming: varkens mogen sinds 2009 bijvoorbeeld alleen nog onder verdoving worden gecastreerd. Maar bij andere dingen ligt het moeilijker. Zo is er discussie of het beter is om koe en kalf na de geboorte bij elkaar te laten of juist niet, en als je ze bij elkaar laat, voor hoeveel maanden. Deskundigen zijn het daarover niet eens.

Dierenbelangenorganisaties geven wel aan dat het dierenwelzijn in de veehouderij in het algemeen beter kan.

Keurmerken

Naast biologisch vlees is er vlees te koop met andere keurmerken die eveneens meer diervriendelijkheid garanderen dan wettelijk is voorgeschreven. Punten waarop de dieren het beter hebben zijn bijvoorbeeld een groter leefoppervlak dan dieren in de intensieve veehouderij, strooisel en daglicht in de stal en minder pijnlijke ingrepen.

Een overzicht van keurmerken voor vlees vind je in de Keurmerkenwijzer.

Tips via WhatsApp

Verspillingsvrije coach Mila Voedsel verspillen is zonde, en vlees verspillen - met de grote milieu-impact - al helemaal! De verspillingsvrije coach helpt je met slimme tips, inspiratie en toffe challenges. Doe mee!

Meer informatie

  • Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit staat voor een eerlijke en verantwoorde landbouw en visserij. Boeren, tuinders en vissers moeten economisch perspectief hebben en produceren in verbondenheid met waarden van duurzaamheid en welzijn. Het ministerie streeft naar een omslag naar kringlooplandbouw in 2030.
  • Wakker Dier komt op voor dieren in de vee-industrie. Wakker Dier bestrijdt misstanden in de vee-industrie en promoot de biologische sector, waar dieren meer ruimte krijgen onder betere omstandigheden.
  • Het Voedingscentrum informeert over een gezonde, veilige en meer duurzame voedselkeuze. Onder andere ook over vlees eten en vervangen door andere producten.
  • Wageningen University & Research doet onderzoek naar duurzame en efficiënte voedselproductie. Bijvoorbeeld onderzoek naar vleesconsumptie en kringlooplandbouw.